Naar Menu

Home2009-2010Zuiderkerkprijs 2010

Joost Zonneveld

Zuiderkerkprijs 2010

Het is dit jaar voor de dertiende keer dat de Zuiderkerkprijs wordt uitgereikt. Voor het eerst gebeurt dat vanwege bezuinigingen niet meer in het gebouw waar de trofee naar is vernoemd. Dat is tekenend voor het tijdsgewricht waarin we ons bevinden en ook voor de verkiezing van het beste woningbouwproject in Amsterdam van het afgelopen jaar. In 2010 zijn we in een opvallende situatie beland: er zijn gebouwen opgeleverd die bedacht zijn in een periode waarin de plafonds welhaast letterlijk tot in de hemel zo hoog konden reiken. Het was een tijd waarin er vanuit werd gegaan dat voor iedere woning wel een markt zou zijn en de plinten zichzelf wel zouden vullen met bedrijfsruimte of maatschappelijke functies. Die periode lijkt definitief voorbij te zijn en de eindproducten daarvan worden hard geconfronteerd met de huidige economische malaise. Dat wil zeggen: een kwakkelende woningmarkt en veel leegstaande kantoorgebouwen.
In de komende jaren zullen er vanwege de crisis minder woningen worden gebouwd. Dat in het afgelopen jaar toch 81 woningbouwprojecten zijn opgeleverd, is een prestatie op zich en voor de jury een prettig gegeven. Die heeft dan tenminste iets te kiezen. Bij de bouw van de opgeleverde woningbouwprojecten zijn ruim honderd architecten en zo’n zestig opdrachtgevers betrokken geweest. In totaal ging het om ruim zesduizend woningen.

 

Uit het totaal is door het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam een dozijn projecten geselecteerd. De jury is gevraagd die selectie te volgen, en heeft nog een project aan de selectie toegevoegd.
Alle dertien projecten zijn op een dag in oktober bezichtigd. De voorselectie heeft projecten opgeleverd die gekenmerkt worden door een grote diversiteit in de grootte van de gebouwen, stedenbouwkundige oplossingen, het programma, ambitie en architectuur.

 

Niet verbazingwekkend is dat grote herstructureringsgebieden als de Westelijke Tuinsteden en Noord, net als Amsterdams nieuwste uitleglocatie IJburg goed vertegenwoordigd zijn. Opvallend is wel dat de vele (kleine) renovatieprojecten de voorselectie niet hebben gehaald, terwijl daar juist naar oordeel van de jury een belangrijke opgave voor de toekomst ligt. Overigens wil dat niet zeggen dat het hier niet om prettige en goede woningen gaat, wel dat van weinig vernieuwende en inventieve ontwerpen sprake blijkt te zijn.


Hoge kwaliteit, soms gebiedsvreemd
Tijdens de rondgang langs de geselecteerd projecten viel de jury een aantal zaken op. De bezochte projecten kenmerken zich door een hoge kwaliteit als het gaat om de manier waarop gebouwen tot in de kleinste details zijn afgewerkt. Duidelijk is bovendien dat het tegenwoordig niet meer alleen de koop- en vrije sectorhuurwoningen zijn die ruim bemeten zijn. Dat wordt door de jury gewaardeerd, ook al bestaat het vermoeden dat woningcorporaties rekening houden met een eventuele verkoop van hun woningen in de toekomst.
Opvallend is ook de neiging om een goede afwerking te combineren met gebouwen die een zekere status uitstralen. Dat valt waarschijnlijk goed bij bewoners en opdrachtgevers. Dergelijke gebouwen ademen een sfeer van historische grandeur, ook al lijkt die naar mening van de jury soms los te staan van de specifieke locatie waar ze zijn neergezet. Bouwwerken ogen dan al snel 'gebiedsvreemd'.

 

Uiteenlopende buitenruimte
Een ander punt is de buitenruimte. Hier wordt zeer uiteenlopend mee omgegaan. Het is betreurenswaardig dat nog steeds veel nieuwbouwwoningen een goede buitenruimte moeten missen. Waar dat wel aanwezig is, is de diversiteit in private buitenruimte de laatste jaren ongetwijfeld toegenomen. De jury heeft een keur aan balkons en dakterrassen gezien, veelal met een bijzonder prettig uitzicht.
De extremen worden welhaast groter als het gaat om collectieve buitenruimte. Dat kan leiden tot het hermetisch buitensluiten van de rest van de wijk, het kan in een enkel geval ook een idealistisch gelaagde openbare ruimte opleveren waar grenzen pas in het dagelijkse gebruik duidelijk moeten worden.

 

Een plint is geen panacee
Op het vlak van het programma was het hoge aantal leegstaande plinten in de bezochte projecten opvallend. Ook al gaat het om recent opgeleverde projecten, het grote aantal ruimtes in de plinten dat leegstaat is tijdens een rondgang verpletterend. Duidelijk is dat als de vurig gewenste levendige plint uitblijft, die keihard de tegenovergestelde boodschap afgeeft. Het roept de vraag op in hoeverre de opdrachtgevers en de gemeente enkele jaren geleden op een roze wolk hebben gezeten. De jury is duidelijk: een plint is geen pana-cee, en zeker niet op iedere plek. In gebieden die een stedelijk gevoel moeten uitstralen, zou het taboe van wonen op de begane grond naar oordeel van de jury doorbroken mogen worden.


De drie beste
De jury heeft drie projecten genomineerd, in eerste instantie op basis van de schoonheid van het project. Bij De juryleden vonden het belangrijk in een verrassend prettige of juist spannende omgeving terecht te komen. Daarbij speelde het ambitieniveau en de prijs die voor een woning betaald moest worden ook een rol. Bovendien is het evident dat de kwaliteit van de ruimtes, gebouworganisatie, detaillering en materialisatie, plattegrond, inpassing op de specifieke locatie én de toegevoegde waarde voor de omgeving onderdeel van de beoordeling vormen. Het betekent dat de jury de bezochte projecten op een veelheid aan criteria heeft beoordeeld. Dat heeft de keuze voor de genomineerde projecten wellicht bemoeilijkt, aangezien bij ieder project plussen en minnen werden aangetekend.

 

De jury heeft drie projecten genomineerd, te weten Buurtfabriek Ruimzicht, aan de Kostverlorenkade in West van Architectenbureau Marlies Rohmer en woningcorporatie Stadgenoot, Noordstrook – Masira Blok A aan de Delflandlaan in Nieuw-West van Dick van Gameren Architecten en opdrachtgever Far West en Jamboni – Hart Staalmanplein, aan de Ottho Heldringstraat in de gelijknamige buurt in Nieuw-West van architectenbureau Onix in opdracht van De Alliantie (woningen, moskee, kinderdagverblijf) i.s.m. Stadsdeel Slotervaart (brede school en sportzaal).

 

Het is duidelijk dat de winnaar van de Zuiderkerkprijs 2010 uit het westelijke deel van de stad komt. Met twee nominaties mag dat best geïnterpreteerd worden als een uiting van waardering voor de stedelijke vernieuwing van de Westelijke Tuinsteden. Daarbij dient te worden opgemerkt dat de inpassing in het stedelijk weefsel en de aansluiting bij de bestaande, omliggende bebouwing voor de jury belangrijk zijn geweest.

 

Plussen en minnen van de geselecteerde projecten
Om de afwegingen van de jury duidelijk te maken, becommentarieert zij de bezochte projecten en wordt uiteindelijk ingegaan op de keuze voor de genomineerden.

 

Het Andreas Ensemble van Tony Fretton Architects in opdracht van Proper-Stok Groep
Op de plek waar het ensemble verrijst, had Van Eesteren al een woonwijk voorzien, maar uiteindelijk werd gekozen voor een ziekenhuis, het Andreas Ziekenhuis. Na de sloop is alsnog begonnen aan een nieuw stuk stad dat in fases wordt opgeleverd. Tony Fretton ontwierp vijf vrijstaande appartementenblokken op het binnenterrein dat omsloten wordt door hoogbouw met een hotel en sociale woningbouw.
De jury zag kwalitatief hoogstaande urban villa's met een chique uitstraling, maar miste ook eigenheid in het project; de gebouwen zijn enigszins afstandelijk te noemen. De appartementen zijn ruim, maar kennen een gebruikelijke indeling. Bovendien wordt het afschermen van vrije sector huur- en koopwoningen van verkeersgeluid door middel van sociale woningbouw niet erg gewaardeerd. De jury had ook twijfels over de verenigbaarheid van rustig wonen en publieksfuncties die aan de collectieve binnenruimte grenzen.

 

De Opgang van KCAP Architects & Planners in opdracht van NL-Development
De aanleiding voor dit project was dat de aan Tussen Meer gevestigde Gereformeerde Protestantse gemeenschap een kleiner en moderner kerkgebouw op dezelfde locatie wilde hebben. Omdat de kerk wel vanaf de straat zichtbaar moest blijven, heeft KCAP de woningen boven en naast de kerk geplaatst. Bij het religieuze centrum hoort ook een collectieve ruimte die door bewoners gebruikt kan worden. De toegang tot de kerk is omgeven met ondiepe vijvers. De woningen aan Tussen Meer bieden mooi uitzicht op het park aan de overkant, maar het gebouw maakte op de jury niet de indruk een integraal onderdeel van de omgeving uit te maken. Dat komt mede door de eclectische stijl van het gebouw. De jury kreeg het gevoel dat de kerk een sterke invloed op het eindresultaat heeft gekregen en dat de verschillende onderdelen iets te nadrukkelijk een eigen sfeer hebben moeten krijgen. Bovendien voelt het binnenhof met galerijen steriel aan. Een positieve noot is dat de ondernemende ontwikkelaar met het project qua woonproduct zijn tijd vooruit is. De woningen betreffen grotendeels starterswoningen, driekamerappartementen voor een lage verkoopprijs, die zonder veel moeite zijn verkocht.

 

Jamboni – De Parade van Arons en Gelauff Architecten in opdracht van De Alliantie
De Parade vormt samen met het genomineerde Hart Staalmanplein het project Jamboni, een grootschalig nieuwbouwproject in de Staalmanpleinbuurt. De Parade bestaat uit in hoogte oplopende gebouwen: aan het spoor liggen hoogbouwblokken, aan de Ottho Heldringstraat grondgebonden woningen met bedrijfsruimten.
De stijl van de gebouwen loopt sterk uiteen, van de laagbouw waarvan de plint refereert aan vooroorlogse woningbouw, tot strakke hoogbouw. De woningen in de hoogbouw zijn degelijk en voordelig geprijsd, zeker gezien het prachtige uitzicht over de stad. De architecten hebben de galerijen op speelse wijze ingepast en goed gebruik gemaakt van de spoorzone; als schouwspel om op uit te kijken, ook vanuit de mooie en lichte parkeergarage die half verdiept is aangelegd: de garage is gericht op de brede sloot naast de spoordijk.
Dat rekening is gehouden met een prettige thuiskomst van autobezitters wordt door de jury gewaardeerd. Dat geldt niet voor de zeer hard ogende binnenstraten die zijn aangelegd voor bevoorrading van de bedrijfjes in de laagbouw. In combinatie met de grinddaken creëert dit een zeer stenige omgeving en een onaantrekkelijk uitzicht voor de omliggende hoogbouw. De jury vraagt zich af waarom daar zo zwaar op is ingezet en of het een probleem is als bedrijven aan de voorkant worden bevoorraad. Het trekt een zware wissel op het gehele project.

 

A.J. Ernststraat van Architectenbureau Sluijmer en Van Leeuwen in opdracht van Hillen & Roosen
Het complex met 110 appartementen bestaat uit twee geschakelde carrés aan binnenhoven die onderling verbonden zijn door een loopbrug over een waterpartij. De rode bakstenen buitenkanten met strakke raampartijen en verdiept gelegen balkons contrasteren met de lichte binnenhoven die een Mediterrane sfeer moeten oproepen. De sociale en vrije sector huurwoningen zijn bedoeld als seniorenwoningen en zijn aangepast op de gebreken van de oude dag. Dat de prijs die voor de woning wordt betaald geen consequenties heeft voor de grootte van de woning, is sympathiek. De jury heeft wel moeite met het beperkte daglicht in de woningen. Bovendien worden de binnenhoven als pover betiteld, het mist een verfijnde detaillering en levendigheid. Positief is dat met de waterpartij is geprobeerd om het project extra cachet te geven.

 

Django Building van KCAP Architects & Planners in opdracht van Consortium Royal Zuid
Django Building is een van de eerste woongebouwen aan de Zuidas. Het gebouw kent verschillende lagen, met een verdiepte openbare ruimte aan de achterkant en terrassen en balkons op verschillende niveaus. De zwarte gevel heeft ter hoogte van de plint een glazen bekleding met een motief van bamboe. De jury kan niet achterhalen wat daar de achterliggende gedachte precies van is. Dat geldt eveneens voor de stedenbouwkundige ambities van het woongebouw.
Django biedt – tegen een pittige prijs weliswaar – woningen die je aan de Zuidas zou verwachten: ruime stedelijke woningen met hoge plafonds en ramen die tot aan de vloer reiken opdat bewoners direct zicht op de straat hebben. Sommige woningen hebben een extra kamer in de vorm van een follie op het dak, waarbij wel twijfels bestaan over de bruikbaarheid ervan. De dakterrassen zijn vanwege de wind afgeschermd met hoge glazen afscheidingen, maar het beperkte oppervlak en zicht op de apparatuur van de glazenwassers doet wel veel af aan de potenties van een dergelijke plek.

 

Haveneiland Oost Blok 65b van Moriko Kira Architect in opdracht van Amvest Woningen NOVA
Het project van de Japanse architecte op de uiterste punt van het Haveneiland in IJburg is opgezet als een klein dorp. Het volume is opgebroken in enkele woningblokken die door middel van trappen, loopbruggen en collectieve buitenruimte met elkaar verbonden zijn. Aan de binnenkant van het blok is direct toegang tot steigers aan het water. Ook beschikken de bewoners over een gemeenschappelijke binnenruimte. De jury kon veel waardering voor dit project opbrengen. De woningen zijn met veel zorg ontworpen en afgewerkt en ze worden gekenmerkt door hoge, prettige en spannende ruimtes. Toch bestond wel twijfel over de praktische invulling daarvan.
Door het rigide doorvoeren van de gevelritmiek van open en gesloten delen ontbreken bij de meeste woningen brede puien die een wijd zicht bieden op de prachtige omgeving. Dit is een gemiste kans. Bovendien kon het ontwerp van de buitengevel op minder waardering van de jury rekenen. Juist op IJburg waar harde gevels al veelvuldig te vinden zijn, zou de jury een andere invulling hebben willen zien, zeker op de betreffende bijzondere locatie.

 

Solid 18 van Claus en Kaan Architecten in opdracht van De Principaal
Het werk van Claus en Kaan Architecten wordt gekenmerkt door strakke, maar subtiele gevels. Solid 18, gelegen aan het Ed Pelsterpark, vormt daarop geen uitzondering. De raampartijen vallen terug ter plekke van de plint en op de woonverdiepingen om ruimte te geven aan buitenruimte voor de bewoners. Alleen op de eerste verdieping is dat niet het geval, daar liggen hoge stoere werkruimtes die door beton worden gedomineerd en contrasteren met de fraai vormgegeven gevels aan de buitenzijde. Het is prijzenswaardig dat De Principaal een uitgebreid maatschappelijk programma in het gebouw probeert te krijgen, wat met de sporthal en het centrum voor vrije tijd al een substantieel onderdeel van het gebouw beslaat. De woningen daarboven zijn gegroepeerd rond het sedumdak van de sporthal dat als kijkgroen wordt gebruikt. Het binnenhof valt de jury enigszins tegen vergeleken met het verder sterke gebouw. Vanwege kosten en veiligheid is besloten om het dak van de sporthal niet als toegankelijke groene ruimte voor bewoners te gebruiken.
De redelijk ruime woningen zijn vrij indeelbaar en kennen op de bovenste etage een licht oplopend plafond naar buiten toe. Daardoor ontstaan prachtige ruimtes en wordt een extra accent gegeven aan het uitzicht.

 

De Gelria van Baneke, Van der Hoeven Architekten in opdracht van Ontwikkelingscombinatie Overhoeks
De Gelria staat op het voormalige Shellterrein Overhoeks dat vanwege de crisis vertraging oploopt in de ontwikkeling. Dat een van de eerste woonblokken met alleen maar sociale woningbouw wordt opgeleverd, wordt gewaardeerd. Zeker als duidelijk wordt dat het om hoogwaardige woningen gaat; een lot uit de loterij voor de bewoners, vooral voor diegenen die in een hoekwoning met uitzicht op het IJ wonen. De Gelria heeft een klassieke uitstraling en is door de architect vakkundig in het herstructureringsgebied neergezet. Tegelijkertijd levert de statige uitstraling weinig verrassends op, De Gelria is vooral een prettig woongebouw. Een minpunt is dat de gangen in het gebouw die naar de woningen leiden, krap en onprettig aanvoelen. Bovendien is de toegepaste architectuur naar oordeel van de jury gebiedsvreemd.

De Prinsendam van Tony Fretton Architects (uitvoerende architecten Geurst & Schulze) in opdracht van Ontwikkelingscombinatie Overhoeks
Hetzelfde geldt eigenlijk voor De Prinsendam. Het gebouw heeft een statige uitstraling, kent een grote diversiteit aan woningtypen, is fraai, met leisteen bekleed en heeft ruime balkons. Het is in Prinsendam prettig wonen, met goed bemeten appartementen. Toch geldt voor de jury ook hier dat de verrassing ontbreekt en dringt de vraag zich op waarom niet meer is aangesloten bij het verleden van de plek die lange tijd is beheerst door industrie en laboratoria.

 

Het Funen - Verdana van NL Architects in opdracht van Heijmans Vastgoed
Verdana is een verrassend woningblok op Het Funen, een stedelijke ontwikkeling aan de oostrand van de binnenstad. Het gebouw heeft een binnengang die de tien woningen ontsluit. Die woningen zijn allemaal verschillend door het golvende dak op het blok, terwijl het volume van de woningen min of meer gelijk is. Het golvende groene dak met uitgespaarde ruimtes als dakterras is absoluut spannend. Toch zijn er twijfels bij de jury over de plattegronden van de woningen. Het betreft hier bovendien een ontwerp uit een wel heel andere tijd. De jury waardeert Verdana, maar vindt ook dat het gebouw niet representatief is voor de woningbouw anno 2010.

 

Nominaties
De genomineerde projecten kennen naar oordeel van de jury een duidelijke relatie met de bestaande plek en vormen een meerwaarde voor hun omgeving.

 

Jamboni – Hart Staalmanplein van Onix in opdracht van De Alliantie i.s.m. Stadsdeel Slotervaart
Het deel van Onix van het Hart Staalmanplein maakt onderdeel uit van het grote nieuwbouwproject Jamboni in de Staalmanpleinbuurt. Woningen, een brede school en een moskee zijn op zorgvuldige wijze langs een meanderende openbare ruimte geplaatst die zich opent naar het aansluitende park. Dat wordt daarmee als het ware het gebied ingetrokken. De oorspronkelijke stedenbouwkundige strokenstructuur is hiertoe opengebroken: tussen de twee buitenste stroken met appartementen zijn de overige functies geplaatst. De jury waardeert de keuze om verschillende groepen en gebruikers op subtiele wijze in die openbare ruimte samen te brengen. Er bestaan echter twijfels bij de zeer open ontworpen woningen op de begane grond, daar waar de bewoners kennelijk meer beslotenheid wensen en die improviserend aanbrengen.

 

Noordstrook – Masira Blok A van Dick van Gameren Architecten in opdracht van Far West
Masira Blok A aan de Delflandlaan in Nieuw-West kent met een combinatie van zorg en sociale huur een grote diversiteit van woningen. De jury looft de knappe inpassing daarvan in het gebouw dat uitblinkt in coherentie. Bovendien is sprake van een goed uitgewerkte, heldere structuur.
Van Gameren heeft een intelligente geluidsluwe gevel met prefab betonnen elementen toegepast die, in een lossere opzet, ook voor de transparantere kanten van het gebouw is gebruikt. De woonblokken zijn op eenvoudige maar verrassende manier bekleed waardoor zij op eigentijdse wijze aansluiten bij de bestaande bouw in de omgeving. Bovendien ademt het binnenhof een prettige sfeer. Dit is alles bij elkaar naar het oordeel van de jury een prestatie bij een dergelijk stedelijk gebouw.

 

De winnaar
Buurtfabriek Ruimzicht van Architectenbureau Marlies Rohmer in opdracht van Stadgenoot
Buurtfabriek Ruimzicht aan de Kostverlorenkade in West laat de uitgesproken ontwerpstijl van het architectenbureau zien. Er is op bijzonder elegante wijze invulling gegeven aan de plek door aan te sluiten op de bestaande bouw en de historische verkaveling. Het gebouw is opgedeeld in verschillende tegen elkaar aan geplakte volumes die in grootte variëren. Daardoor ontstaat een schaal en korrel die past bij de directe omgeving zonder die te imiteren.
Er is duidelijk sprake van sprekende eigentijdse architectuur, met mooie materialisatie, met betonnen spanten en een polyester-betonnen gevel. Het lichte gebouw met een archetypische dakvorm, zoekt op succesvolle wijze naar een eigen uitstraling zonder de samenhang met de omringende bouwstijlen te verliezen. De constructie en deze dakvorm resulteren bovendien in mooie, vrij indeelbare binnenruimtes.
Buitenruimtes ontbreken vanwege strenge eisen van de gemeente. De gekartelde openbare ruimte vormt een meerwaarde op het moment dat de plint daadwerkelijk in gebruik wordt genomen. Daar zit nog wel een kritiekpunt. De jury vraagt zich af of de buurtgebonden bedrijvigheid die in de plint is voorzien realistisch is. De jury ziet een toegevoegde waarde van het gebouw voor de omgeving, die nóg sterker wordt als de plinten ingevuld worden, waarbij ook wonen een prima oplossing zou kunnen zijn.

Uiteindelijk komt de jury tot het eensluidende oordeel dat Buurtfabriek Ruimzicht de Zuiderkerkprijs 2010 verdient.

 

De jury,

Karin Laglas, voorzitter
Ludo Grooteman
Joost Zonneveld

  


Over deze site

Disclaimer