Naar Menu

Home2015-2016Geurt Brinkgreve Bokaal 2016

Geurt Brinkgreve Bokaal 2016

W Bank, winnaar Geurt Brinkgreve Bokaal 2016

 

 

Een omgetoverde kantoortoren tot workspace, een verlaten kerk omgebouwd tot speelparadijs en de metamorfose van een laboratorium in een theateracademie. Een greep uit tien bijzondere herbestemmingsprojecten die meedingen naar de Geurt Brinkgreve Bokaal 2016. Gered van de slopershamer en getransformeerd in een nieuwe inspirerende omgeving om te werken, te ontspannen of te spelen. Bijzondere projecten die door bevlogen ontwikkelaars, architecten en gebruikers zijn bedacht en gerealiseerd. Hoe verschillend de tien herbestemmingsprojecten ook zijn, alle tien zijn zonder meer de nieuwe blikvangers van de stad Amsterdam.

 

Het hergebruiken van bestaande panden is tegenwoordig vooral hip en heeft de laatste tien jaar aan terrein gewonnen. Transformatie is zo’n succes dat het dit jaar in Amsterdam heeft geleid tot een recordaantal herbestemmingen. De gemeente ondersteunt het concept met een Transformatieteam.
De Geurt Brinkgreve Bokaal is de prijs voor het beste initiatief op het gebied van erfgoed en heeft ook als doel een stimulans en inspiratiebron te zijn voor toekomstige projecten. Het inpassen van een nieuwe functie in een bestaand gebouw is vaak geen eenvoudige opgave maar een creatieve uitdaging. Dat realiseert de jury zich bij elk project. Het is zoveel gemakkelijker om het bestaande te slopen en een nieuw gebouw neer te zetten.
Geslaagd is een project pas als het de bewondering en het respect van de bewoners en gebruikers krijgt want dat is ver boven elke prijs verheven.De mening van de burgers is van prominent belang in het gedachtengoed van Geurt Brinkgreve. De stad is geen maagdelijk terrein waar de culturele geschiedenis kan worden uitgewist. Zijn ‘gevecht om Amsterdam’ lijkt inmiddels gewonnen met het beschermd stadsgezicht en de grachtengordel op de UNESCO werelderfgoedlijst. De nieuw verworven status heeft ook consequenties. Meer gebouwen worden herbestemd en de zichtbaarheid van de historie van het gebouw is een van de kwaliteiten van een geslaagde herbestemming. In 2008 ontstaat door de economische crisis langzaam maar zeker ook een kentering: door het gebrek aan geld voor nieuwbouw en door de snelheid die soms door transformatie kan worden gemaakt, krijgen bestaande gebouwen een nieuwe bestemming.
Opvallend veel van de dit jaar geselecteerde projecten staan op hotspots en maken optimaal gebruik van Amsterdam als de ‘nieuwe’ aanwinst op de werelderfgoedlijst. Het succes van deze projecten komt vaak door gepassioneerde opdrachtgevers die ook de gebruikers zijn van het gebouw. De herbestemmingsprojecten geven een goed beeld van de actuele dynamiek. Het credo is ontmoeten, samen genieten en samenwerken. Het concept van Facebook, LinkedIn en Twitter op de werkvloer.

 

Nieuwe ontmoetingsplek voor de buurt

 

De eerste transformatie categorie is te scharen onder het kopje ‘een nieuwe ontmoetingsplek voor de buurt’. De oorspronkelijke functie van kerk als ontmoetingsplek is in de Sint Josephkerk in Nieuw-West getransformeerd in het speelparadijs Candy Castle. Volgens de jury een waardevol concept voor andere wederopbouwkerken maar in de uitvoering geen prijswinnaar.

Ook de huisartsenpraktijk aan De Wittenkade, het charmante voormalige Wijkgebouw der Nederlandse Hervormde Gemeente scoort goed als een waardevolle herbestemming waar het belang van de buurt centraal staat. De restauratie met een minimale ingreep in het gebouw, waarbij de lokale historie nog goed zichtbaar, levert dit project een nominatie op. De tentoonstellingsruimte, Arita House, viel als nominatie af doordat de industriële functie van het voormalige pompgemaal niet meer zichtbaar is.

 

Transformatie in workspace

 

De tweede categorie is de ‘transformatie in workspace’. Dat is in feite de moderne vertaling van het traditionele kantoorgebouw en ontmoetingsplek. Het eerste project Gebouw E27 is de herbestemming van een van de twee identieke gebouwen op het Marineterrein aan het Oosterdok. Het gebouw is in recordtijd knap verbouwd voor de EU-top, maar door de nieuwe 27 houten vierkante zonweringen is het geen nominatie geworden, omdat de ensemblewaarde als tweelinggebouw is verdwenen. Ook het tweede workspace gebouw, het roodgeverfde Spring House gelegen aan de De Ruijterkade, valt buiten de prijzen. Het is, mede door de glazen opbouw, niet meer te zien, dat het ooit een blikfabriek en een pakhuis van Bols is geweest. De waarde van Spring House is overigens groot op dit vergeten deel van de kade met uitzicht over het IJ. Het brengt hier weer leven in de brouwerij. Dat laatste geldt zeker ook voor het voormalige IBM gebouw op het industrieterrein achter in Slotervaart, dat als workspace B.Amsterdam is herbestemd. Dit project is genomineerd omdat dit vermoedelijk niet veranderde gebouw een interessant ‘stedenbouwkundig’ patroon heeft. Het initiatief getuigt van lef en inzicht op deze voor zzp-ers en start-ups afgelegen locatie. De kunst- en theateracademie AHK in het Grootlab is geen workspace maar past evengoed in het samenwerkingsconcept. Het is door de hier en daar goedkope toevoegingen en de vrijwel dichte doos op het dak geen nominatie geworden.

 

Hotel en restaurant als ontmoetingsplek

 

In de derde transformatiecategorie ‘hotel en restaurant als ontmoetingsplek’ vallen drie grote voormalige kantoorcomplexen verbouwd tot hotel. De voormalige Shell toren, nu de A’DAM Toren, valt in de categorie ‘best of both worlds’ door de brede programmatische mix: een workspace voor de muziekindustrie, een boutique hotel, clubs, restaurants en de toeristische uitkijktoren. Het veranderde daksilhouet heeft ertoe geleid dat het gebouw niet is genomineerd. Zoku Amsterdam in het vroegere Metropoolgebouw op de Weesperstraat is een interessant shortstay-concept met een openbaar restaurant als meetingpoint op het dak waar iedereen kan genieten van een wijds uitzicht. Het mist echter een verwijzing naar de oorspronkelijke functie van dagbladgebouw. De voormalige KAS BANK en nu hotel W Bank, aan de Spuistraat en de Singel, valt op door de hoge kwaliteit van de restauratie met reconstructies in oorspronkelijke materialen. De hotelfunctie past indrukwekkend goed binnen het stramien van het bankgebouw. Ook scoort het punten door het versterken van het historische bewustzijn door het behoud van kluisdeuren en plaquettes. Het restaurant in de herkenbare bankontvangsthal en de toevoeging van de winkelvloer maakt het project compleet.

 

Van de drie nominaties, is het een nek-aan-nekrace geworden tussen B.Amsterdam en W Bank. W Bank is als winnaar gekozen omdat de herbestemming naadloos aansluit bij de oorspronkelijke functie, de restauratie hoogwaardig is en het culturele erfgoed optimaal is behouden.

 

De jury van de Geurt Brinkgreve Bokaal 2016 bestond uit Susan Lammers (midden), directeur bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (voorzitter); Sander Nelissen, architect en directeur van Wessel de Jonge Architecten, winnaar Geurt Brinkgreve Bokaal 2013 met het Cygnus Gymnasium; en Yteke Spoelstra, architectuurhistoricus gespecialiseerd in scholenbouw en kunsthistoricus adviseur op het gebied van monumentale wandkunst. De jury werd ondersteund door Anette van Dijk van Monumenten en Archeologie en Sabine Lebesque van Grond en Ontwikkeling, gemeente Amsterdam. De prijs wordt georganiseerd in samenwerking met Gerrit Vermeer van de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad.

 

Candy Castle

Bewonderenswaardig vindt de jury dat de betonnen Sint Josephkerk (Holt, 1951) niet alleen van de sloop is gered maar vooral omdat het gebouw succesvol is herbestemd. Dit gebouw is een monument omdat het een van de eerste naoorlogse katholieke kerken is waarbij de betonconstructie in het zicht is gelaten, met als beeldende kunst toevoeging, de geschilderde blauwe Phoenix (Marius de Leeuw). Het inzicht en het concept van de Amsterdamse investeerder om in deze kinderrijke buurt de stoere grijs betonnen kerk om te bouwen tot een sprookjesachtige kinderwereld verdient waardering van de jury. Het is compleet reversibel uitgevoerd. Het is met stip wel de meest contrastrijke transformatie: het grijze betonnen kerkgebouw omgetoverd in een speelparadijs met de kleuren van een snoepwinkel. De jury ziet het als een waardevolle toevoeging in de wijk. De functie van de kerk als ontmoetingsplek, het cement tussen de katholieke buurtbewoners, heeft een nieuwe vorm gekregen en dat geeft een impuls aan de gemeen schap. Waardering is er ook voor de welwillende samenwerking van verschillende partijen en overheidsinstanties die zich hebben ingezet voor het verlenen van de vergunningen en het werven van de financiën. Volgens het oordeel van de jury is dit een interessante transformatie die als voorbeeld kan dienen voor andere wederopbouwkerken.

 

Huisartsen Westerpark, praktijk Bevers & Barten

Tussen de hoge herenhuizen aan De Wittenkade staat een eenvoudig kleinschalig charmant gebouw met een topgevel. Het transformeerde in 100 jaar van werk- en opslagplaats voor vermoedelijk paard en wagen, naar ‘Wijkgebouw der Nederlandse Hervormde Gemeente’, theater en uiteindelijk naar deze huisartsenpraktijk. De jury waardeert deze herbestemming omdat het gebouw nog steeds een maatschappelijke waarde in de wijk heeft en als ontmoetingscentrum een rol speelt in de buurt. Ook de pretentieloze verbouwing wordt door de jury gewaardeerd. Het is een mooi resultaat waarbij de gevel in tact is gelaten en de bouwsporen van de transformaties in het interieur goed te zien zijn. Het hoge dak met de metalen spanten en de diverse stuclagen op de baksteenmuren dragen bij aan het historische besef en sieren de ontvangsthal en de wachtkamer. De behandelkamers zijn in de naast gelegen herenhuizen ondergebracht. De jury acht dit een goed voorbeeld waarbij met weinig budget en een minimale ingreep in het bestaande gebouw een waardevolle herbestemming is gerealiseerd.

 

Arita House

De jury is blij verrast met deze unieke enclave in de stad en waardeert de transformatie van een industriële naar een publieke functie. Het pompgemaal (Publieke Werken, 1924) heeft een interessante historie en is van belang voor het behoud van ons erfgoed. Waardering voor het buurtinitiatief om een monumentenvergunning aan te vragen. Met het Rijksmuseum als directe overbuurman, valt de kleinschalige ommuurde enclave van de vier oranjerode bakstenen gemeentehuisjes nauwelijks op. Het Amsterdams Monumenten Fonds (later Stadsherstel), opgericht door Geurt Brinkgreve, kocht het en verbouwde het pompgemaal tot kantoorruimte. Wij hoeven dus niet te raden wat hij van het hergebruik zou vinden, dat spreekt voor zich. Sinds kort staat het in het teken van de 400 jaar relatie tussen Japan en Nederland. Het pompgemaalhuis dient als galerie voor Japans Arita porselein. Het witte interieur straalt het summum van reinheid uit gevuld met flinterdun designporselein. Dezelfde serene sfeer treffen wij ook aan in het schafthuis, nu een gastenverblijf, waar de oude structuur en granito-vloeren nog aanwezig zijn. Het privaatgebouw dient als winkelruimte. Het tuinontwerp verraadt de drie diepe waterbassins waar ooit het drijfvuil uit het afvoerwater werd gezeefd. Maar dat herkent alleen een bezoeker met voorkennis want verder blijkt het nergens uit dat het hier om een voormalige pompgemaal gaat. Een gemiste kans, vindt de jury. De verdeling van de functies over de verschillende gebouwen samen met de mooie tuin, vormt naar de mening van de jury een samenhangend geheel.

 

Marineterrein - Gebouw 27E

Het Marine Etablissement (De Weger, 1964) is veelvuldig in het nieuws geweest, recent als ministeriële vergaderlocatie tijdens het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie. Een van de twee naast elkaar staande gebouwen is het voormalige onderwijsgebouw voor marineofficieren dat in een kort tijdbestek, aangepast is aan de specifieke eisen van de EU-top. Naar de mening van de jury, is dit gebouw op poten waarin de invloed van Le Corbusier zichtbaar is, met respect voor de architectuur knap en innovatief verbouwd. De ramen in de noordgevel kunnen in zijn geheel worden opengedraaid. Enige twijfels zijn er wel bij de jury over de 27 houten vierkante zonweringen die in de vorm van de verschillende vlaggen van alle lidstaten zijn aangebracht. Daarmee is de ensemblewerking van de van oorsprong twee identieke gebouwen verloren gegaan. Het idee van Buitenlandse Zaken was om één vaste locatie te creëren met zowel vergaderzalen als persruimtes en tolkencabines maar het gebouw bleek te klein te zijn voor dit doel. Met het wegvallen van deze gebruiker heeft Gebouw 27E een mooie doorstart gemaakt en is inmiddels een gewilde locatie voor co-workers. Van bijzondere waarde, voor zowel de buurt als de stad, is de transformatie van het 350 jaar afgesloten Marineterrein aan het Oosterdok naar een publiek toegankelijk gebied. Met name de nieuwe architectonische uitstraling van het gebouw kan als voorbeeld dienen voor andere herbestemmingen, vindt de jury.

 

Spring House

De jury acht het Spring House een waardevolle aanwinst en impuls voor dit deel van De Ruijterkade, een in de vergeethoek geraakte buurt aan het IJ. De jury waardeert het concept van het clubhuis dat als de nieuwe invulling van deze plek overtuigend overkomt en een sterk positief effect heeft op de hele kade. Het openbaar toegankelijk restaurant op de begane grond, overdag een werkplek voor clubleden, brengt veel levendigheid met zich mee. De waarde van de nieuwe functie op deze plek is groter dan die van het pand zelf. De zichtbaarheid van de industriële historie van het gebouw, eerst als blikfabriek en daarna als pakhuis voor Bols Likeuren en Jenever, is in de jaren tachtig al afgenomen. De nieuwe rode gevelkleur voegt zich naar de mening van de jury heel goed in de gevelwand met aan de linkerzijde een oranjerood bakstenen gebouw uit het begin van de twintigste eeuw. Het is een inspirerend voorbeeld van de nieuwe stijl van opdrachtgeverschap voor herbestemmingsprojecten. De opdracht komt niet meer van Stadsherstel of een projectontwikkelaar maar van de bevlogen gebruiker.

 

B.Amsterdam
Een project dat de jury bewonderenswaardig vindt, is de herbestemming van de Zwarte Kubus, een voormalige kantoorgebouw van IBM (1974) op een industrieterrein achter in Slotervaart. Het gebouw met 18.000 m2 stond na 11 jaar leegstand op de slooplijst totdat drie jonge ondernemers het tot deze succesvolle werk- en vergaderruimte voor startups, zzp’ers en ondernemers transformeerden. B.Amsterdam is een dynamische plek waar het bruist van de energie. Het heeft een interessant stedenbouwkundig concept met in het midden een plein voor meetings en daar omheen straten met kleine en grote open kantoren, opgeluisterd door een originele Trabant. De indeling van de vloeren is niet van tevoren bedacht maar komt voort uit de vraag. Dat geeft het de capaciteit om door te groeien. De workspace is de actuele vertaling van de kantoorfunctie en een ontmoetingsplek. Bijzonder is dat een van de gebruikers IBM zelf is. De gebouw is vermoedelijk niet veranderd. De opvallendste toevoeging aan de gevel is de oranje top met de letter B. op het trappenhuis. Het getuigt van lef en inzicht, vindt de jury, om dit gebouw dat er niet heel uitnodigend uitziet, op deze afgezonderde plek succesvol te ontwikkelen. Deze herbestemming acht de jury een mooie, nieuwe impuls voor de buurt. Ook het openbaar toegankelijke restaurant, op de bovenverdieping met een wijds uitzicht, is een aanwinst voor Amsterdam Nieuw-West.

 

AHK Grootlab

Wie er lang niet is geweest en de pont naar Noord neemt, zal met verbazing naar de transformatie van het vertrouwde Shell-terrein kijken en genieten van een wandeling langs de nu openbare IJ-oever. Naast de herbestemming van het Groot Laboratorium, een van de twee overgebleven Shellcomplexen, rijst forse nieuwbouw. De jury waardeert het behoud van dit bakstenen gebouw uit 1929 als industrieel erfgoed. Ze vindt het karakter van het Grootlab goed passen bij de sfeer van de nieuwe gebruiker: de theater- en kunstacademie. Het gebouw is met een minimaal budget verbouwd, waardoor er veel van het oorspronkelijke interieur is behouden. Maar misschien is het budget iets te krap geweest, want het oogt een beetje karig om de grote zaal op het dak met een metalen noodtrap te ontsluiten. De jury is onder de indruk van de creatieve ingreep om de theaterzalen en de collectieve lokalen als een kubus in het atrium van het bestaande lab te laten zakken. Boven het atrium steekt een deel van deze kubus uit waarin zich een mooie zaal bevindt. Het is bedoeld als een erepodium voor de jonge acteurs met in één gevel een fraai uitzicht over de stad. Maar door de onverwachte hoogte van een tussengeplaatst paviljoen is het uitzicht ver te zoeken. De jury betreurt het dat geen toestemming is verleend voor het toepassen van meer glas in de opbouw zodat het uitzicht wordt hersteld en de opbouw meer oogt als een glanzende diamant op het dak. Dat zou de kwaliteit en de uitstraling van dit sympathieke project ten goede kunnen komen.

 

A’DAM Toren

In geen enkele serieuze moderne architectuurgids ontbreekt de Shelltoren van Arthur Staal. Hoog op zijn poten met een scheef opgezette hoed/kroon, is dit een van de topgebouwen van de wederopbouw architectuur van Nederland. Het staat aan de noordelijke IJ-oever als baken voor Amsterdam. Door de herbestemming als de A’DAM Toren (Amsterdam Dance and Music) draagt het gebouw bij aan de internationale uitstraling van de stad. Het is een iconische toren voor het groeiende marktsegment van de dancemuziek waar Nederland een cruciale rol in speelt. Het verdient waardering dat dit bijzondere gebouw -deels- toegankelijk is gemaakt door er een bar, twee restaurants en een boutique hotel in te maken. De jury waardeert de vindingrijkheid om het op 75 meter hoogte gelegen observatiedek als een zelfstandige toeristische attractie te ontwikkelen. Dagelijks nemen 3000 bezoekers de spectaculaire lift om te genieten van het uitzicht over Amsterdam. Waardering heeft de jury ook voor het lef van de gepassioneerde ontwikkelaars, die tevens de gebruikers van de toren zijn. De architectonische uitwerking kan de jury echter minder overtuigen. De enorme maat van de opbouw verstoort de oorspronkelijke verhoudingen van de toren te veel. In de nieuwe gevel en in de aanpassingen in de plint, is maar weinig van het oorspronkelijke karakter terug te zien. De eenheid van het oorspronkelijke gebouw is hierdoor veel minder aanwezig en zichtbaar, hetgeen nog verstrekt wordt door de nieuwe mix aan functies.

 

Zoku Amsterdam
Een van de twee gebouwen van architect Arthur Staal in deze selectie, is het kantoorgebouw Metropolis (1966) aan de Weesperstraat. Metropolis, met op de begane grond winkels, was in deze voormalige krantenstraat eerst het gebouw van Het Financieele Dagblad en daarna van Sociale Zaken. Het is deels verbouwd tot Zoku Amsterdam, een shortstay hotelconcept uitgedacht voor de ‘global nomads’. Het is geen klassiek hotel met slaap-kamers maar met 113 ingenieus ontworpen minihuisjes met een keuken en bedstee. Interessant vindt de jury deze hybridevorm van huis en werkplek. Waardering is er voor de routing naar het dak met een centrale ontmoetingsplek, waar een gast zelf met een iPad mag inchecken. De toegevoegde gedeelten van de opbouw sluiten met een nieuwe architectuur heel goed aan op de architectuur van Staal waardoor één mooi samenhangend geheel is ontstaan. Ook waardeert de jury het optimale gebruik van het dak als biologische moestuin en als restaurant met een prachtig uitzicht. Een aanwinst voor zowel de buurt als de stad. Staal die voor het uitzicht zeskantige erkers heeft ontworpen, zou het vermoedelijk hebben gewaardeerd. Als tachtigjarige spande hij zelf een rechtszaak aan om de sloop van het rechterdeel van Metropolis te voorkomen. Een inspirerend voorbeeld van een waardevol hergebruik van leegstaande kantoorpanden, oordeelt de jury. Zoku Amsterdam mist echter wel een drukpers of een andere historische verwijzing naar de oorspronkelijke functie van het dagbladgebouw.

 

W Bank
Met de opmars van chique hotels in de stad is de voormalige KAS BANK tussen de Spuistraat en de Singel verbouwd als uitbreiding van het tegenover gelegen hotel W Amsterdam. De monumentale uitstraling van het in 1907 gebouwde deel met de historiserende topgevels (Poggenbeek) als het in 1930 in de strakkere jaren dertig stijl gebouwde deel (Posthumus Meyjes) zijn behouden gebleven. Bewondering en waardering heeft de jury voor de hoge kwaliteit van de restauratie met veel aandacht voor details en reconstructies met oorspronkelijke materialen. Het ooit chique rijke interieur met veel marmer en een hoog glas-in-lood koepeldak, is daar waar het was verrommeld, hersteld in oude luister. De hotelfunctie past indrukwekkend goed binnen het stramien van het bankgebouw en sluit naadloos aan bij het karakter van de voormalige bank. De ontvangsthal van de bank is duidelijk herkenbaar en dient nu als restaurant. Een keramische plaquette bij de entree, bankkluisjes en zware kluisdeuren dragen bij aan het historische bewustzijn. In de kelder, waar ooit het geld lag opgeborgen, is nu een zwembad met een sauna. Waardering heeft de jury voor de nieuw ingepaste luchtbrug die de 66 suites in het gebouw ontsluit. Van toegevoegde waarde voor de stad is de openbare winkelvloer op de begane grond, die als een bijzonder podium voor nog niet gearriveerde Nederlandse mode- en designontwerpers is ingericht. Geurt Brinkgreve zal het vermoedelijk met ons eens zijn geweest om dit project als winnaar te kiezen, zo oordeelt de jury. In de keuze heeft de hoge kwaliteit van de restauratie, de zichtbaarheid en de waarde van het cultureel erfgoed de doorslag gegeven. Het project is tegelijk een voorbeeld van een goede samenwerking tussen opdrachtgever, architect, Monumenten en Archeologie van de gemeente Amsterdam en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

 

De Geurt Brinkgreve Bokaal is een onderscheiding die de gemeente Amsterdam jaarlijks toekent aan het beste initiatief op het gebied van herontwikkeling of renovatie van erfgoed. De gemeente onderkent dat passende herbestemming leidt tot behoud van veel erfgoed. De prijs is vernoemd naar Geurt Brinkgreve (1917-2005), die streed voor het behoud en herstel van de Amsterdamse binnenstad. Voor de Geurt Brinkgreve Bokaal 2016 kwamen 58 gebouwen in aanmerking die zijn opgeleverd tussen 1 augustus 2015 en 1 augustus 2016. In oktober bezocht de jury een tiental voorgeselecteerde projecten, waaruit de nominaties en de winnaar werd gekozen.

  


Over deze site

Disclaimer