De Karel du Jardinstraat 61-65 was een voormalig bedrijfsgebouw dat vanaf 1920 dienst deed als confectiefabriek annex diamantslijperij en later werd omgebouwd tot stadsdeelkantoor (1986). Na de fusie van de stadsdelen De Pijp met Zuid kwam het kantoor leeg te staan. De toenmalige eigenaar zette het te koop en de Caransa Groep kocht het gebouw. In overleg met de gemeente besloot men het huidige bestaande gebouw, dat in feite uit twee delen bestaat (één van architect Johannes Kuyt en één van architect Jan van der Laan, broer van Dom van der Laan) te transformeren tot woningen met een maatschappelijke plint. Het bestaande gebouw is gerenoveerd. De aangrenzende laagbouw zal later worden vervangen door een nieuw woongebouw. Alle woningen zijn gerealiseerd voor de middenhuur. Het bestaande gebouw is in feite intact gebleven en alle cruciale details zijn behouden. De ramen zijn vervangen door zeer slank antraciet geprofileerde stalen kozijnen geflankeerd met licht zilveren balkonhekken. De karakteristieke raampartijen, zoals het glas-in-loodraam van het trappenhuis van nummer 61 zijn wit gebleven, om ze meer te benadrukken in het totaalbeeld van de voorgevel. Alle ramen zijn verhoogd en de plint van het gebouw is transparanter geworden met behoud van alle plintdetails. Het complex heeft een gemeenschappelijk dakterras. Het project is gasloos opgeleverd.