Conform de opzet van het stedenbouwkundig plan van Sjoerd Soeters bestaat het project uit een duidelijk afleesbare zeslaagse onderbouw met daarop een dertienlaagse toren. Het gebouw omvat 115 woningen, waarvan 25 woningen in de sociale huur en 90 woningen in de vrije sector huur. De onderbouw is verticaal geleed en heeft een licht gebogen, holle vorm. Samen met de later te ontwikkelen buurblokken vormt deze onderbouw een uit afzonderlijke panden opgebouwd front naar het water van de toekomstige groene singel met dubbele bomenrij. De pandsgewijze geleding van de onderbouw wordt gerealiseerd door een spel van horizontale banden en verticale penanten die of in architectonisch prefab beton of in metselwerk zijn uitgevoerd. De panden hebben hierdoor elk een eigen karakter. Dit effect wordt nog verder versterkt door hoogteverschillen in de naar voren of naar achter springende dakrand. De onderbouw heeft een dubbelhoge plint met de entrees en een aantal commerciële ruimtes. Het volume van de toren is zodanig geleed dat de verticaliteit zoveel mogelijk wordt versterkt. De horizontale prefab betonbanden van de onderbouw hebben soms voorrang op de horizontale metselwerk penanten, worden er soms door onderbroken of worden soms juist volledig weggelaten. De toren verschiet daardoor naar boven toe van kleur en heeft van alle zijden een wisselend karakter.